Maelzel’s Chess-Player
Eerste publicatie: April 1836 (Southern Literary Messenger)
Samenvatting:
In 1769 vond baron Wolfgang von Kempelen een schaakmachine uit, ook wel bekend als de Mechanische Turk, die in 1805 door de Duitse uitvinder Maelzel gekocht zou worden. Het was ook deze Maelzel die eerder al de machine demonstreerde in Europa en Amerika. De machine bestond uit een Turks geklede mechanische figuur die op een ahornkast zat. Voor hem bevond zich een schaakbord. Maelzel opende voor zijn publiek altijd de kastdeurtjes zodat iedereen de ingebouwde onderdelen goed kon bekijken. Er mocht geen twijfel over bestaan dat de Turk, en niemand anders, de schaakstukken bewoog zodra hij tegen iemand uit het publiek speelde, waarbij hij zo goed als altijd won. Zelfs grootheden als Napoleon Bonaparte en Benjamin Franklin legden het tegen hem af. Het bleef niet onopgemerkt bij Edgar Allan Poe, die dit alles mateloos fascineerde. In zijn essay beschrijft hij hoe de ‘machine’ volgens hem werkt.
Vertalingen en bewerkingen:
1989: De schaakspeler van Maelzel (Edgar Allan Poe Compleet – Het volledige proza, Loeb)
1988: De schaakspeler van Maelzel (Edgar Allan Poe Autobiografisch, August Hans den Boef)
1968: De schaakspeler van Maelzel (Mens & Machine, René Simmen)
Artikel/Hoofdstuk:
1955: Auguste Dupin droomt bij klaarlichte dag (Op het spoor der detectives in leven en literatuur, Walter Gerteis)
De originele Mechanische Turk ging in 1854 bij een brand verloren. De foto toont een in de jaren 80 nagebouwde machine.